De Sneeuwgors (Snow Bunting) is alleen in de winter in geringe aantallen (maximaal enkele duizenden) in Nederland te vinden en dan vooral aan de Noordelijke kustgebieden, bijvoorbeeld langs de dijk rond Lauwersoog. Veelal foerageren ze in groepjes ter grootte van enkele exemplaren tot enkele tientallen stuks. Een hele enkele keer zijn er enkele individuen die verder het binnenland in trekken, zo zit er momenteel een Sneeuwgors in de Onlanden, op de grens van de provincies Drenthe en Groningen. Sneeuwgorzen broeden in het hoge Noorden, van Groenland en IJsland via het Noorden van Scandinavië tot de toendra’s in Noord-Oost Europa. In zomerkleed zijn Sneeuwgorzen grotendeels wit met zwarte delen op de vleugels. Echter aangezien de Sneeuwgors een wintergast is zullen wij geen vogels in zomerkleed aantreffen. In winterkleed zijn ze eveneens grotendeels wit met bruinige delen op de kop en bovenzijde. Op de vleugels tevens enkele zwarte delen. Mannetjes hebben meer witte delen op de vleugels dan vrouwtjes.